Column: boodschappenbemoeienis

Gedragsaanpassing heeft beetje geduld nodig. En zelfreflectie.

Als mijn vader thuis komt van het boodschappen doen, is het vaak oorlog. Mijn moeder en ik zien hem het pad op komen rijden en kijken elkaar al aan; hoe groot zou de schade deze keer zijn? Wat zou hij nu weer mee hebben genomen? Langzaam aan wordt het slagveld duidelijk. Oké, de tomaten zijn wel biologisch maar bij de eieren is hij in de fout gegaan. Het goede nieuws is; hij heeft geen goedkoop vlees meegenomen.

Hij wil het maar niet leren. Ieder weekend proberen mijn moeder en ik het weer maar er is altijd wel een product dat of plofkippen bevat of op konijntjes is getest. U kunt nu twee dingen denken: wat ben jij een moeilijk betweterig mens en ‘waarom doet de man dan de boodschappen?’
Bij dat eerste moet ik u helaas gelijk geven, op dat laatste heb ik wel een passend antwoord; boodschappen doen is mijn vaders zijn hobby. En je neemt een oude man van 54 zijn hobby niet meer af. Het is bijna aandoenlijk hoe hij met een blij gezicht de boodschappentas uitruimt en zijn nieuwe aangekochte producten bekijkt. Rondstruinen in de Aldi en het Kruidvat en dingen meenemen omdat ‘het handig is’, vind ie geweldig. Niet te hoeven nadenken, gewoon lekker kopen.
Al verdenk ik hem soms ook wel eens van een SAA-dag; schijt aan Anouk-dag. Dingen meenemen die uiteindelijk in de keukenkastjes verdwijnen en een jaar later, als ze over de datum zijn, worden weggegooid. Dingen die niet biologisch zijn. Niet omdat hij biologisch onzin vindt, maar omdat hij anders zijn zelfstandigheid kwijtraakt als boodschapper omdat ik continue over zijn schouder meekijk.

Op een natte zondagmiddag had ik hem toch maar weer geprobeerd duidelijk te maken dat op bepaalde groenten heel veel gif zit en dat ik ze daarom liever niet wil. Hij knikte en we praatten verder. Over andere wereldproblemen zoals de economische crisis. Ook daar dacht ik natuurlijk een oplossing voor te hebben.
Totdat hij mij opeens vroeg; jij zegt tegen mij altijd dat ik moet opletten op duurzaamheid, maar hoe duurzaam zijn jouw acties eigenlijk? Ik was te overrompeld om nog maar antwoord te kunnen geven. Er schoten allemaal dingen door mijn hoofd. De antwoorden brandden op het puntje van mijn tong.
Maar ik kreeg niet de kans ze te uiten, want hij ging verder. “Ja, want jij gaat morgen ook met de auto naar Utrecht in plaats van met de trein.” Hij pakte me op mijn zwakke plek. Ik wilde eigenlijk boos worden. Dat het juist van hem zwak was om mensen die milieuzuinig zijn alsnog te pakken op het feit dat ze niet perfect zijn.
Ik deed het niet. Hij had namelijk gelijk. Ik pakte te vaak de auto. Uit geldoogpunt. De trein moest ik zelf betalen en de auto kon ik van mijn ouders lenen. En als student kwam ik niet echt om in het geld. Of eigenlijk echt niet. Daarnaast was de auto een stuk handiger. In plaats van in twee uur op de plek van bestemming aan te komen, was ik er met de auto in 1 uur.
Mijn vader had gelijk en hij had natuurlijk het recht om dat te zeggen. Mijn acties beïnvloedde namelijk niet alleen mijn wereld. Uiteindelijk ook die van hem.

De volgende dag stond ik te wachten op de bus. Een paar minuten te laat kwam hij aanrijden waardoor ik mijn treinaansluiting miste. Rennend en veel te laat kwam ik daardoor bij mijn afspraak binnen.
Onderhuids kookte ik. Ik was boos op de Connexxion omdat de bus te laat kwam. Ik was boos op de regering omdat ze te weinig geld in het openbaar vervoer stopten zodat ik niet een lekkere verbinding had. En ik was boos op mijn vader omdat hij me zoonodig de bus en de trein in dwong.
Maar ik was vooral boos op mezelf. Omdat ik met mijn grote mond altijd op anderen loop te zeuren, maar uiteindelijk niet uit mijn eigen comfortzone wil komen.

Je gedrag aanpassen is af en toe moeilijker dan gehoopt. Soms heeft dat gewoon wat tijd en geduld nodig. En een beetje zelfreflectie.

Warme groet,
Anouk

Plaats een reactie op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.