Uruk-Hai en het Wij-Zij-gevoel…


Laten we dat veranderen!


Lees nu de eerste column door redacteur Anouk Kragtwijk.

Ik voelde de heroïek door mijn aderen stromen toen de menselijke strijder ‘Aragorn’ op zijn paard ten strijde trok. Hij straalde macht uit. Hij was de gekozen leider van ‘de mensen’. Aragorn sprak de massa met een verbeten blik toe en er ontstond een kracht onder zijn onderdanen. Ik voelde het, door de beeldbuis heen. Ik ging ook op in die massa op het scherm. Ik wilde met hen de vijand verslaan en zo vrede creëren in Middle-earth.

Het was een machtig gevoel. Om je herenigd te voelen met al die verschillende mensen. Het slokte iedere individuele emotie op. Ik kende het gevoel; het is het kippenvel op je lichaam, op het moment dat in een voetbalstadion het Wilhelmus wordt gezongen. Zelfs als je niet van voetbal houdt. Het is het gevoel van de welbekende druppel in de oceaan. En op dat moment, voor de tv, zorgde het gevoel ervoor dat ik samen met de andere ridders de bloeddorstige Uruk-Hai te lijf wilde gaan. Ze verwoesten namelijk de aarde, kapten alle bomen; doodden eigenlijk alles wat leefde. Daarom moesten zij dood, dat was niet meer dan logisch.
Mijn vriendje haalde me uit de realiteit. “Het is maar een film”, zei hij liefdevol, toen hij zag hoe mijn ogen vuur spuwden. Het was halverwege juli en we hadden besloten om weer eens een keer ‘Lord of the Rings’ te kijken. Het was immers alweer jaren geleden dat we hem hadden gezien.

duurzaam

Ik schrok van mezelf toen ik mijn gedachten analyseerde. Ik had me blijkbaar zo geïdentificeerd met de hoofdpersonen, dat ikzelf een soort monster was geworden met haat en- moordgevoelens. Ik mijn hoofd vocht ik tegen de Uruk-Hai maar eigenlijk verschilde ik er, afgezien van het verrotte gebit, niet veel van.
Nou moet u weten, ik hou helemaal niet van geweld. Mijn vrienden raden mij vaak af om naar bioscoophits te gaan. “Die moet jij niet zien, daar zit te veel bloed in.” Ik kijk nooit naar actiefilms omdat ik dan 80% van de tijd achter een kussen zit verscholen.

En toch, deze film raakte me. Ik werd meegetrokken in de heroïek, de groepsdynamiek. De emoties van de film werden mijn emoties. De boodschap van de film leek te zijn; samen kun je tegen alles en iedereen strijden.
Ik wilde na de aftiteling weg blijven smelten bij de omhelzingen van Frodo, Sam en Aragorn die met elkaar Middle-earth hadden gered. Maar mijn vriendje haalde me opnieuw uit mijn gedachten. “Waarom moeten we altijd strijden tegen iets en nooit gezamenlijk voor iets?” De zin bleef doorgalmen in mijn hoofd.
Ik dacht terug aan de heftige emotie die het wij-gevoel tijdens de film had veroorzaakt. Samen iets doen was heel krachtig, dat had ik al eerder ervaren. Ik voelde nog de rillingen door mijn lichaam stromen, wanneer ik terugdacht aan het concert van Michael Bublé. Toen werd ik overmand door emoties omdat het publiek meezong met één stem.
Toch heeft die groepsdynamiek ook een hele donkere kant. Vechten voor het vaderland tegen ‘die anderen’, sterven in de strijd; als je in onze geschiedenis teruggaat, heeft het miljoenen levens gekost. En heel veel haat verspreid.

De volgende dag kocht ik het Psychologie Magazine en las ik ‘toevallig’ over het wij-zij gevoel. Er was hiermee in de jaren ’60 een proef gedaan op een jongenskamp in Amerika. Daar werden jongens voor aanvang van het kamp in twee groepen gedeeld en vaak werden vrienden expres uit elkaar gehaald. Tijdens sportwedstrijden kwamen ze elkaar tegen. Door die de vele competities veranderde de sfeer op het kamp, ook tussen de vrienden. Op een gegeven moment werden de jongens zelfs gewelddadig; er werd geplunderd en een vlag in brand gestoken. De onderzoekers losten de problemen op door te beweren dat de watervoorziening stuk was en dat die moest worden gemaakt. De twee groepen moesten nu samen gaan werken. De grimmige sfeer vertok als sneeuw voor de zon. Met een gemeenschappelijk doel voor ogen, hielpen ze elkaar wel.
Ik vond het treffend. Als we een gezamenlijk doel hebben, willen we met elkaar strijden, niet tegen. Onze omstandigheden bepalen of we ons hart openzetten. Of we onze kracht gebruiken als moordwapen of als reddingsmiddel.

Gelukkig zijn er wel wat probleempjes in onze wereld op te lossen. Hoeven we niet net als bij deze proef, onze fantasie gebruiken. De wereld ondergaat namelijk grote ecologische rampen. Bossen worden massaal gekapt, de plastic soep groeit, de aarde raakt uitgeput en ga zo maar door.
We kunnen dat als een manco zien, als één grote ellende, maar dit voorbeeld toont dat we het ook kunnen gebruiken. Dat we er twee vliegen in één klap mee kunnen slaan. anouk kragtwijkHet probleem van het wij-zij denken en de ecologische problemen kunnen we tegelijkertijd oplossen. Door het samen aan te pakken.
Nu zetten we onze kracht nog in voor verkeerde doeleinden. Kijk naar alle oorlogen, kijk naar de geplunderde aarde. Laten we dat veranderen.
Laten we ophouden Uruk-Hai te zijn.

Warme groet,
Anouk

Plaats een reactie op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.