Samenwerking tussen belangengroepen onvoldoende


Samenwerking stimuleert vernieuwing en vergroot maatschappelijke oriëntatie onderzoek.

De samenwerking tussen publieke en maatschappelijke belangengroepen (actie- en lobbygroepen) komt in de onderzoekswereld onvoldoende van de grond. De werkwijze van deze groepen past niet meer bij de huidige tijd waarin er volop mogelijkheden zijn om participerend samen met de maatschappij de onderzoeksvraag te formuleren. Hierdoor wordt het primaire organisatiedoel dat deze belangengroepen voor ogen hebben niet behaald. Gebrek aan kennis van en het niet strategisch inzetten van wetenschappelijk onderzoek is hier debet aan. Dit stelt Henk Smid, directeur van ZonMw.

Maatschappelijke belangengroepen focussen teveel op het promoten van hun eigen standpunten. Zij benaderen wetenschappelijk onderzoekers enkel om hun eigen ideeën te bevestigen in plaats te investeren in het vertalen van hun vragen op wetenschappelijk relevante wijze. Smid: ‘Actie- en lobbygroepen kunnen de brug niet slaan tussen maatschappelijke en wetenschappelijke vraagstukken. Dit leidt dikwijls tot frustraties in de onderzoekswereld.’ Volgens Smid wordt dit onder andere ingegeven doordat belangengroepen intern niet investeren in wetenschappelijke kennis. ‘Organisaties focussen teveel op lobbydoelstellingen, maar gaan hiermee voorbij aan de mogelijkheden van samenwerking met onderzoekers om het primaire doel (sneller) te behalen. Smid stelt dat de onderzoekswereld en maatschappelijke belangengroepen (actie- en lobbygroepen) met elkaar moeten samenwerken.

Smid: ‘Door deze samenwerking zijn deze groepen beter in staat om te innoveren en meer slagkracht te genereren. Bij een dergelijke samenwerking worden kennisvragen vanuit de samenleving vertaald naar onderzoeksvragen.’ Exemplarisch is de samenwerking tussen Proefdiervrij en ZonMw. Smid: ‘Proefdiervrij is de eerste maatschappelijke belangengroep die wetenschappelijk onderzoek heeft betrokken bij haar organisatiedoelstellingen (terugdringen van het aantal dierproeven). Zij heeft niet haar eigen lobbybelangen centraal gezet, maar is samen met onderzoekers op zoek gegaan naar de gemeenschappelijke deler om onderzoek ter bevordering van alternatieven voor dierproeven te ontwikkelen. Marja Zuidgeest, directeur van Proefdiervrij: ‘De betrokkenheid van Proefdiervrij gaat bewust ver: onze organisatie is onderdeel van het onderzoeksteam, investeert met financiële middelen en we brengen de discussie over het aantal dierproeven in Nederland op gang. Dit werkt beter dan alleen maar de barricade opgaan.’

Plaats een reactie op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.