
Toch komt de boodschap vaak maar half over. Steeds meer mensen hebben wel ergens gehoord dat ‘we minder vlees zouden moeten eten’ omdat dat beter is. Maar zolang men niet begrijpt waarom dat beter is en voor wat of wie precies, zal gedrag niet snel veranderen. Zeker niet met de lage prijzen van vlees en omdat we continu worden gebombardeerd met dierlijk aanbod. Dat doet lijken of een burger van 1 euro als tussendoortje de normaalste zaak van de wereld is. Net als het straatbeeld vol muren met kroketten, advertenties van kilokipbuckets, stands met goedkope burgers en Hollandse kaas op ieders boterham, dat afdoet aan elk mogelijk besef van urgentie om juist mínder dierlijk te eten.
”Voor een stuk vlees is zeker 6 keer zoveel land nodig als voor plantaardig voedsel.”
Zolang de meerderheid meedoet met ons ingeburgerde eetgedrag, de bedrijven blijven doen alsof hun neus bloedt en de overheid zijn vingers niet durft te branden aan maatregelen, is het voorbehouden aan the happy few om bewust een diertje minder te eten. Want happy zijn ze. Zeker op lange termijn. Want in plaats van worst, kaas of een gehaktbal, grijpen zij vaker naar het vorstelijke groentenrijk, eten ze gevarieerder en minder vet. Dat doet veel goed voor hun eigen gezondheid. Maar ook voor ons klimaat, door een efficiënter gebruik van grondstoffen. Want voor een stuk vlees is zeker 6 keer zoveel land nodig als voor plantaardig voedsel. En dan hebben we het nog niet eens over de 272 douchebeurten die gelijkstaan aan de 15.000 liter die nodig is voor een kilo rundvlees. Dus voor wie een steentje wil bijdragen aan die betere wereld… begin eens met “mag het een onsje minder zijn meneer?”
Tekst: Natascha Kooiman, duurzaamheidsrebel

Almar Fernhout, hoofdredacteur met 15+ jaar ervaring in duurzame lifestyle-journalistiek. Almar werkt nu niet alleen voor De Betere Wereld, maar is ook oprichter van We Smyle. Een ander bedrijf waarmee hij een betere wereld voor iedereen wil creëren. Lees hier meer over Almar.

